Vijf minuten later keek ik tóch.
Die test die ik eerder die dag had gedaan…
was niet negatief.
En ook niet vaag positief.
Nee het was een dikke, overduidelijke plus.
Mijn hart sloeg over. Ik schrok me kapot.
De laatste zinnen uit mijn vorige blog hadden nog zachtjes nagezinderd toen ik, toch wel in paniek, mijn spullen pakte en naar een andere Kruidvat reed. Niet dezelfde als van die ochtend dat voelde veiliger. Ik wilde nu zekerheid. Een "echte" test. Dus nam ik er twee mee: eentje met een simpel plusje, en een met weekindicator.
Thuis deed ik ze allebei.
Allebei zeiden ze hetzelfde: zwanger.
En daar zat ik dan.
Nog maar net samen met Eric.
Net begonnen bij mijn nieuwe baan. Nog zonder contract.
Ik voelde paniek, duizend gedachten tegelijk.
Ik wil geen moeder worden zonder basis.
Wat gaat dit doen met mijn werk?
Wat moet ik doen?
Maar de grootste vraag bleef:
Hoe vertel ik dit aan Eric?
Vlak voordat hij thuiskwam, legde ik de testen in de kast. Zonder veel woorden zou ik hem vragen om daar eens te kijken. Hij kwam rond vier uur thuis. Ik zat op de bank. Giechelig, gespannen, totaal uit m’n comfortzone.
“Wat is er?” vroeg hij.
“Niks,” zei ik.
Na drie keer vroeg hij het met irritatie in zijn stem.
“Wil je even in de kast kijken?”
Hij keek. Maar pakte de verkeerde plank.
Vergeten dat hij langer is dan ik hij keek letterlijk vanuit een ander perspectief.
“Uhm… wat bedoel je?”
“Nee, de andere plank.”
Hij keek opnieuw.
Zag de testen.
Z'n mond viel open.
“Lian... is dit serieus?!”
Ik knikte. “Ja, dit is serieus.”
Hij gooide de testen terug, knalde de kastdeur dicht en liep scheldend naar boven.
Ik rende huilend achter hem aan.
Niet omdat ik het antwoord wist.
Maar omdat ik het óók niet wist.
Natuurlijk wéét je dat dit kan gebeuren… als je iets vergeet. Maar dat maakte het niet minder overweldigend.
We hebben die dag niet meer over het woord ‘zwanger’ gesproken.
We hadden ruzie.
We waren allebei totaal overprikkeld.
En dat was oké.
De volgende dag spraken we.
Echt.
Zonder paniek.
En besloten we samen:
Als dit zo heeft moeten zijn, dan gaan we er 100% voor.
Ik belde de verloskundige en maakte een afspraak.
Op maandag 24 september om 11:30 uur hadden we onze eerste echo.
We zeiden niks tegen elkaar in de wachtkamer.
De spanning was voelbaar.
Ik wilde het liefst wegrennen maar ik bleef zitten.
De verloskundige heette ons welkom.
Na een kort gesprekje zei ze: “Zullen we eens kijken of we jullie wondertje kunnen zien?”
Ze zette het echoapparaat op mijn buik.
En meteen verscheen er iets kleins.
Een soort garnaaltje.
Met in het midden een flikkerend lichtje.
“Zie je dat?” zei ze. “Dat is het hartje.”
Er viel een last van mijn schouders.
Tegelijk voelde ik het:
nu begint het echt.
We kregen de foto’s mee.
In de auto keken we elkaar aan.
En we zeiden het hardop:
“We worden papa en mama.”
Reactie plaatsen
Reacties